schrijver
Uiterlijk
- schrij·ver
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schrijver | schrijvers |
verkleinwoord | schrijvertje | schrijvertjes |
schrijver m
- een persoon die schrijft
- (beroep) een persoon die beroepsmatig schrijft
- Mijn buurman is schrijver.
2. een persoon die beroepsmatig schrijft
- Het woord schrijver staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schrijver" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -er in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Beroep in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %